Op 6 juli 2001 onthulde Bram van der Vlugt een bronzen monnik bij restaurant de Kloosterhoeve. Hij schreef daarvoor het volgende gedicht:

In Harmelen, naar is aangetoond
hebben vroeger monniken gewoond.
Want voor een kloosterboerderij
staat nog een monnik in een bronzen pij.
Hij denkt:
"Ik sta hier voor De Kloosterhoeve
dus ik wil wel wat lekkers proeven.
Al ben ik dan een bronzen gast
die nooit es boert of poept of plast
ik had zo graag indien zulks kon
een lekker glas Dom Perignon.
Zo'n glaasje is een waar genot
dat gaat erin als 't woord van God."

Welnu mijn brave bronzen broeder
al ben ik niet mijn broeders hoeder,
en zijt ge nog maar net onthuld,
toch wordt uw bede snel vervuld.
Ik laat U bij De Kloosterhoeve
een heerlijk glas champagne proeven.

Dat doe ik met een plechtig woord
Zoals bij deze middag hoort:

Omdat gij Uw Schepper niet moogt vergeten
zult gij voortaan PETRUS heten.